Rijden in groepsverband wordt vaak terecht beleefd als een gevoel van vrijheid, waarbij een ieder vrij is om zijn eigen weg te gaan. Bij het rijden in groepsverband is dit natuurlijk niet anders. Rijden in groepsverband is een totaal andere bezigheid dan individueel rijden. In groepsverband rijden is aan de ene kant spectaculair en een fantastisch gezicht, maar aan de andere kant vraagt het een grote mate van discipline. Maar het belangrijkste is dat de veiligheid van de groep niet in gevaar komt.
|
Maak afspraken voor je gaat rijden. Kom als groep bij elkaar en neem één voor één de punten door die je samen wilt afspreken, Je kan natuurlijk deze tips als leidraad gebruiken. Het is namelijk heel vervelend als iemand in de groep met "eigen" regels rijdt,want dan is de kans groot dat er gevaarlijke situaties gaan ontstaan. |
Ben je klaar om te vertrekken? Zorg dan dat je allemaal met het voorwiel in dezelfde richting staat en dat de voorrijder de laatste in de groep kan zien. Als voorrijder kies je het juiste moment om in te voegen in het verkeer als dat voor iedereen mogelijk is. Als bij de start de groep direct uiteenvalt is dat geen goed begin. |
Zorg dat je met een volle tank benzine vertrekt. Gooi je tank weer vol als er een tankstop wordt ingelast, niet iedere motor komt met een volle tank 300 km ver. Denk niet "ik haal nog wel 80 km tot het einde", want dan moet de hele groep weer op jou wachten als je vlak voor het einde als enige moet tanken.
Tanken is een noodzakelijk kwaad en dat doen we zo weinig mogelijk. |
Om de zichtbaarheid, het gezien worden en dus veiligheid te vergroten, voeren we minstens dimlicht. Geen groot licht want dat wekt ergernis bij je voorganger op, vanwege de weerkaatsing in zijn spiegels. Bij de meeste nieuwe motoren start het dimlicht overigens automatisch bij het starten van de motor. |
Heb je bij vertrek een positie in de groep gekozen dan blijf je daar rijden. Rijdt niet te dicht op je voorganger. Ga niet "kleven" of "verstoppertje" spelen. Houdt voldoende afstand en zorg ervoor dat je voorganger jou in de spiegels kan zien. Dat doe je door ervoor te zorgen dat jij zijn vizier in zijn spiegels ziet. |
De formatie waar het meest overzichtelijk te rijden is baksteensgewijs. Voordeel van het baksteensgewijs rijden is dat de afstand die je hebt tot de recht voor je rijdende motorrijder groot genoeg is om op tijd stil te staan. Zou je allemaal recht achter elkaar rijden, dan wordt de groep twee keer zo lang met alle nadelen van dien, bovendien ziet het achterliggend verkeer een totaal verkeerd beeld van zo' |
Als je vindt dat het tempo te hoog ligt, laat dat dan merken. Je kunt beter een gat laten vallen, dan proberen de groep bij te houden. Binnen de bebouwde kom verklein je meestal de tussenafstand wel. Maar ook als mede-groepsrijder kan je langzamer gaan rijden als je merkt dat degene die achter je rijdt het tempo niet bijhoudt. Bij de volgende stop meld je het even aan de voorrijder. |
De voorrijder kan stoppen bij iedere kruising of rotonde, waar een richtingsverandering in de route plaats vindt. Dit kan voor of na de richtingsverandering. Er zijn verschillende rij-modellen voor de wijze waarop een groep met dergelijke stoppunten omgaat. Zo kan je wachten tot heel de groep is aangesloten of wacht juist iedere groepsdeelnemer alleen op de achteropkomende motorrijder. |
Blijft een motorrijder achter jou te lang weg, dan stop je. Als de hele groep is gestopt kan er iemand terugrijden om te zien wat er aan de hand is. Meestal is dat de taak van de voorrijder die de route kent. Als je zelf de groep kwijt bent rij je terug naar de plek van de laatste richtingsverandering waar je de laatste keer contact had met de groep en wacht daar. Ga vooral niet zelf op onderzoek uit, anders vindt degene die terug rijdt jou niet. |
De ideale groepsgrootte is afhankelijk van de snelheid en het rij-model waarmee de groep rijdt. Hoe hoger de reissnelheid, des te kleiner de ideale groepsgrootte. Een groep van 5-10 motorrijders een mooi aantal; 15 motoren is nog wel te doen, maar toch echt wel het maximum. Een grotere groep rijdt minder vlot door het wachten op elkaar, onderweg en bij het tanken of waar er geluncht. Voor een vóórrijder is het ook niet te doen om 20 motorrijders op een drukke weg via de spiegels bij elkaar te houden. |
Wanneer de groep te groot wordt is het beter om deze op te splitsen naar kleinere groepen. Verdeel deze dan bij voorkeur naar de snelheid van de rijders. Het risico dat je niet met jouw vaste maatje in een groep zit, weegt zeker niet op tegen het rijplezier dat je hebt wanneer je in een lekker tempo kan rijden. Je ziet elkaar tenslotte toch weer bij de tussenstops en aan het einde van de rit |
Wanneer je als een groep een vaste voorrijder aanwijst, dan is het verstandig dat hij/zij een duidelijk herkenbaar hesje aantrekt. Zo weet de groep dat zij deze rijder niet moeten passeren. Je kan ook een vaste "sluitrijder" aanwijzen - afhankelijk van het rijmodel* - en hem/haar ook van een hesje voorzien. Bij voorkeur moet de sluitrijder een andere kleur hesje hebben dan de voorrijder, zeker wanneer er meerdere groepen in één toertocht meerijden. |
Motorrijders in een groep rijden vaak een soort "zwaan kleef aan". Wanneer hun voorganger inhaalt duiken ze er blindelings achteraan. Inhalen doe je op eigen verantwoordelijkheid. Beslis dus altijd zelf of het kan en hou er bij het inhalen rekening mee dat er vóór het in te halen voertuig voldoende ruimte is om in te voegen, want de meeste ongelukken ontstaan omdat motorrijders zich er (gedwongen) tussen wurmen, terwijl er eigenlijk geen ruimte is. |
Bij het rijden van een route is het van belang dat de rijder die als eerste achter de voorrijder rijdt een grotere afstand houdt dan degene die daar achter rijden. Die grotere afstand is nodig uit veiligheidsoverwegingen en voor een regelmatig tempoverloop. Als de voorrijder namelijk aan de late kant merkt dat hij moet afslaan en dus stevig remt, dan schuift de hele groep in elkaar of erger. Is er voldoende afstand tussen hem en de tweede rijder, dan kan de groep rustig en veilig afslaan en een zelfde tempo aanhouden. |
In groepsverband rijden is vaak schitterend, maar een groep motorrijders kan bij andere weggebruikers heel bedreigend overkomen. Een groep motorrijders moet geen dreiging uitstralen. Elkaar links en rechts inhalen - maar ook van andere weggebruikers - kan tot schrikreacties en irritaties bij andere weggebruikers leiden. Gedraag je normaal, ook al ben je met een grotere groep. Maak geen misbruik van groepsvorming. |